Apiturn

Omschrijving

Binnen-constructie en een afstandshouder. Die afstandshouder houdt binnen de constructie de ramen op goede afstand van elkaar.

Op deze aandrijf-draagrollen rust de binnen-constructie met ronde broedramen

De door Sjouke Formsma ontwikkelde apiturn is een kast met roterende broedramen, en binnen die categorie is de apiturn vooral afwijkend in de aandrijving van de roterende broedramen. Die aandrijving gebeurt namelijk niet via de as van een van de 2 zijwangen, maar via rollertjes waarop de zijwangen rusten. Dit geeft een gunstiger aandrijving waardoor het motortje bij de apiturn kleiner is. De broedramen van Sjouke's apiturn draaien heel langzaam om de 6 uur 7 minuten.

De bevindingen van Sjouke:

"De Snelheid van draaien is zo langzaam ... dat bijen voor de rolletjes weglopen. Ik heb nog nooit bijen in de knel gehad omwille van het draaien.

De ratenhouder is makkelijk uitneembaar. Erg handig voor onderhoud en schoonmaak.

Er wordt in de ronde broedramen alleen maar werksterraat gebouwd , dus geen darreraat in de broedkamer. Hier is nog geen verklaring voor.

Aan het rooster wordt raat gebouwd om de bijen van en naar de honingkamers te laten lopen. Deze raat is meestal darreraat. Als deze belegd en gesloten is breek ik dit weg. Ik heb hier overigens nog geen mijten in kunnen vinden.

Je kan aan deze stukjes raat zien dat de kast of te vol is of dat je weer kunstraat in moet hangen.

Zodra in de opstapraat koninginnen doppen worden aangezet geef ik direct kunstraat of sla ik bijen af in een nieuw op te zetten kast. Dit is dus duidelijk anders dan bij het imkeren met gewone kasten.

De kunst is nu om te beoordelen, wanneer je bijen af kan tappen of kunstraat bij kan geven zonder dat er koninginnen doppen worden aangezet.

Een feit is dat er wel een poging wordt ondernomen om doppen aan te zetten op de draaiende ramen maar dat de bijen dit niet doorzetten.

Als alle ramen met broed zijn bezet behalve de buitenste ramen (hier blijven de bijen stuifmeel in opslaan) werkt het systeem optimaal. De koningin kan dan continu blijven leggen. Alle honing wordt dan direct naar boven gebracht. De ronde ramen met voer uit de winter moet je dus handmatig naar buiten verplaatsen zodra je kunstraat geeft. Kunstraat altijd in de midden geven, dan wordt deze direct na het uitbouwen belegd. Haal je de voerramen er niet uit dan heeft de koningin te weinig ruimte.

Met deze kast heb ik inderdaad kunnen constateren dat er zich nauwelijks tot geen varroa zich ontwikkeld. Op de site van Lajos Konya wordt goed uitgelegd waarom de mijten zich niet kunnen vermeerderen. In de praktijk heb ik dit dus kunnen waarnemen."