Eierleggende werksters: verschil tussen versies

Uit Imkerpedia
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Regel 1: Regel 1:
De koningin en het [[open broed]] produceren feromonen ([[koninginnenstof]]) die het functioneren van de eierstokken bij de werkbijen (die immers ook vrouwtjes zijn) onderdrukken.
+
[[image:eitjes_eierleggende_werksters.jpg|right|384px|thumb|De aanwezigheid van eierleggende werksters is duidelijk herkenbaar doordat er meerdere eitjes in een cel zitten. Let wel: Jonge koninginnen die pas aan de leg zijn moeten nog wel eens wennen en leggen in het begin ook nog wel eens meerdere eitjes in een cel.]]
 +
'''Eierleggende werksters''' ontstaan als er in het volk te weinig ([[koninginnenstof]]) aanwezig is om het functioneren van de eierstokken bij de werkbijen (die immers ook vrouwtjes zijn) te onderdrukken.
  
 
Ook in een moergoed volk kan er echter af en toe wel eens een werkbij een eitje leggen. Da's ook geen probleem.
 
Ook in een moergoed volk kan er echter af en toe wel eens een werkbij een eitje leggen. Da's ook geen probleem.
  
Bij afwezigheid van een koningin kunnen de werkbijen echter ook in een veel grotere mate overgaan tot het leggen van eitjes. Zo'n volk gaat hoe dan ook ten gronde (tenzij de bijenhouder succesvol ingrijpt), omdat er alleen nog darren geboren worden. Werksters zijn immers niet bevrucht, en kunnen dus alleen onbevruchte eitjes leggen (waaruit darren komen).
 
  
Deze eierleggende werksters en open (darren)broed produceren samen genoeg koninginnenstof om het volk vervolgens niet meer moerloos te laten voelen zodat niet alle werkbijen eierleggend werksters worden. In een volk met eierleggende werksters lijkt oppervlakkig gezien niets aan de hand (het gedraagt zich rustig, haalt stuifmeel, etc.).
+
Een volk met eierleggende werksters (en dus zonder een goede koningin) gaat hoe dan ook ten gronde (tenzij de bijenhouder succesvol ingrijpt), omdat er alleen nog darren geboren worden. Werksters hebben immers niet [[paren|gepaard]], en kunnen dus alleen onbevruchte eitjes leggen (waaruit darren komen).
  
 +
Deze eierleggende werksters en open (darren)broed produceren vervolgens samen genoeg koninginnenstof om het volk niet meer moerloos te laten voelen. Dit voorkomt dat alle werkbijen eierleggende werksters worden. In een volk met eierleggende werksters lijkt oppervlakkig gezien dan ook niets aan de hand (het gedraagt zich rustig, haalt stuifmeel, etc.).
  
De aanwezigheid van eierleggende werksters is duidelijk herkenbaar doordat er meerdere eitjes in een cel zitten.
 
[[image:eitjes_eierleggende_werksters.jpg|center]]
 
  
 
Het is om verschillende redenen lastig om eierleggende werksters uit een volk te verwijderen. Ze zijn in ieder geval moeilijk één voor één te traceren omdat ze niet zo gemakkelijk van de andere werkbijen te onderscheiden zijn. Het vinden van een reguliere koningin kan soms al knap lastig zijn, laat staan één of meerdere eierleggende werksters.
 
Het is om verschillende redenen lastig om eierleggende werksters uit een volk te verwijderen. Ze zijn in ieder geval moeilijk één voor één te traceren omdat ze niet zo gemakkelijk van de andere werkbijen te onderscheiden zijn. Het vinden van een reguliere koningin kan soms al knap lastig zijn, laat staan één of meerdere eierleggende werksters.

Versie van 30 mei 2010 11:11

De aanwezigheid van eierleggende werksters is duidelijk herkenbaar doordat er meerdere eitjes in een cel zitten. Let wel: Jonge koninginnen die pas aan de leg zijn moeten nog wel eens wennen en leggen in het begin ook nog wel eens meerdere eitjes in een cel.

Eierleggende werksters ontstaan als er in het volk te weinig (koninginnenstof) aanwezig is om het functioneren van de eierstokken bij de werkbijen (die immers ook vrouwtjes zijn) te onderdrukken.

Ook in een moergoed volk kan er echter af en toe wel eens een werkbij een eitje leggen. Da's ook geen probleem.


Een volk met eierleggende werksters (en dus zonder een goede koningin) gaat hoe dan ook ten gronde (tenzij de bijenhouder succesvol ingrijpt), omdat er alleen nog darren geboren worden. Werksters hebben immers niet gepaard, en kunnen dus alleen onbevruchte eitjes leggen (waaruit darren komen).

Deze eierleggende werksters en open (darren)broed produceren vervolgens samen genoeg koninginnenstof om het volk niet meer moerloos te laten voelen. Dit voorkomt dat alle werkbijen eierleggende werksters worden. In een volk met eierleggende werksters lijkt oppervlakkig gezien dan ook niets aan de hand (het gedraagt zich rustig, haalt stuifmeel, etc.).


Het is om verschillende redenen lastig om eierleggende werksters uit een volk te verwijderen. Ze zijn in ieder geval moeilijk één voor één te traceren omdat ze niet zo gemakkelijk van de andere werkbijen te onderscheiden zijn. Het vinden van een reguliere koningin kan soms al knap lastig zijn, laat staan één of meerdere eierleggende werksters.

Het zomaar introduceren van een nieuwe koningin in zo'n volk met eierleggende werksters gaat ook vaak fout omdat het betreffende volk zichzelf niet als moerloos beschouwd. Het accepteert dus ook niet zomaar een ander koningin.

Bijenhouders hebben verschillende methode ontwikkeld om toch succesvol nieuwe koninginnen in zo'n volk te kunnen brengen:

  • Open broed toevoegen: een paar weken achtereen (vanuit een ander volk) open broed in het volk brengen totdat het volk moerdoppen gaat bouwen. Op dat moment kan de bijenhouder
    • dat proces ongestoord laten doorlopen zodat het volk dus een 'eigen' koningin maakt, of
    • een nieuwe koningin inbrengen.
  • Afschudden: de ramen met bijen worden op een afstand van het volk afgeschud. De eierleggende werkster kunnen niet meer vliegen en kunnen dus niet meer terug naar het volk waar de bijenhouder inmiddels een in een kooitje beschermde koningin in heeft gedaan. In de toegang tot dat kooitje zit voedsel, zodra dat is weggegeten zijn het volk en de koningin aan elkaar gewend en vervolgens kan de koningin zonder gevaar in het volk gaan rondlopen.
  • Indruk-Kooitje (engelstalig: Push in Cage): een nieuwe koningin wordt met behulp van een kooitje (waar geen bodem inzit) vastgezet op een stukje raat met uitlopend broed. Het uitlopende broed zal haar meteen accepteren en voor haar zorgen. Als dan na een tijdje het indruk-kooitje wordt verwijderd dan wordt de nieuwe koningin gemakkelijker geaccepteerd.
  • Verenigen met een moergoed volk: op die manier wordt het moergoede volk versterkt zodat dat (nog) sneller kan groeien. De feromonen van de koningin en het open broed zal de neiging tot het leggen van eitjes door de eierleggende werksters onderdrukken. In http://www.bijenhouden.nl/forum/topic.asp?TOPIC_ID=8883&whichpage=1 brengt Gerard van Gastel de volgende werkwijze voor veilig verenigen bij eierleggende werksters naar voren:
    • ... als je op een moergoed volk een lege broedkamer zet,
    • daar 1 leeg raampje inhangt (als loopraampje)
    • en daar weer bovenop je volk met leggende werksters (zonder bodem, maar ze moeten wel een eigen vliegopening hebben!)
    • kun je ze gegarandeerd na 10 dagen probleemloos verenigen; de werksters zijn gestopt met leggen, en de bijen hebben elkaars geur aangenomen.