Gele zeepboom
(Latijnse naam: Koelreuteria paniculata)
Omschrijving en kenmerken
De gele zeepboom (ook wel Chinese vernisboom, lampionboom, koelruit of blazenboom) dankt zijn Latijnsen naam aan Joseph Gottlieb Kölreuter, en komt van oorsprong uit Oost-Azië. De eerste exemplaren werden als zaden door Engelse plant hunters meegenomen. De gele zeepboom wordt in de Lage Landen imiddels vaak in parken en langs de straten aangeplant.
De boom heeft als ze bloeit gele bloemen die een 20-40 cm lange pluim staan. Na de bloei ontstaan zaden die verstopt zitten in groene "lampionnetjes" die later van oranje tot roze worden. De geroosterde zaden zijn eetbaar.
De gele zeepboom kan ook als struik worden geplant. Hij groeit dan al gauw met meer stammen uit. Een dergelijke meerstammer zal veel minder snel te hoog worden dan een boom met slechts een enkele stam.
Omdat het blad klein is en gemakkelijk gefilterd licht doorlaat, kan er ook onder de boom nog het nodige worden aangeplant. De takken bevatten veel merg en zijn daardoor vrij broos. De jongere takken zijn bij ons nogal vorstgevoelig, maar na het uitsnoeien van beschadigde twijgen herstelt de boom zich vrij snel.
Er bestaan verschillende cultivars van de Koelreuteria paniculata.
- Bloeiperiode: juli - september
- Grootte: tot 17 meter hoog, maar in de praktijk vaak niet hoger dan 7 meter.
- Bevlieging door honingbijen: (np)4