Gravenhorster boogkorf

Uit Imkerpedia
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Omschrijving:

Gravenhorster boogkorf
Gravenhorsterwagen
6 raams Gravenhorster
In de korf werden D-vormige raampjes geplaatst, afhankelijk van de soort korf kan dat variëren tussen de 9- en 20 ramen.

De Gravenhorster boogkorf deed zijn intrede rond 1830 in de buurt van Brunswijk. De zoon van de familie H. Gravenhorst van 'Grosz-Imkerei-Esbeck' moest zich met de imkerij bezig houden en ontwikkelde deze boogkorfkast.

De Boogkorf of Gravenhorster kwam in Gelderland veel voor. Het was een van de eerste korven in z.g. losse bouw. Dit betekend dat de imker uitneembare raampjes kon aanbrengen. De raten behoefden niet meer te worden uitgebroken, zoals dat bij een vaste bouw tot dan gebruikelijk was. In de praktijk is een korf op den duur echter niet vormvast, waarmee de bijenafstand verdwijnt en de ramen vastgekit of vastgebouwd worden. Vlieggaten kunnen zowel op de kopse kant als op de lange zijde zijn aangebracht.

De boogkorven werden van stro gevlochten en zijn er in velerlei maten en voor iedere maat heb je een mal nodig; een mal voor de korf zelf en een mal voor de bijpassende ramen.


Datering:

vanaf 1830


Voorkomen:

Duitsland Lunenborgerheide (heet dan: Gravenhorster Bogenstülper) en als liefhebbers in Gelderland.


In het korfvlechtcentrum van Gerrit Oudendorp in Speuld, Garderenseweg 126, 3852NV, Speuld (Ermelo), 0577-407317 zijn zeer veel gebruikte korven te bewonderen. Men geeft hier ook cursussen in het korfvlechten. Informeer maar eens!