Nosema

Uit Imkerpedia
Versie door Albert Stoter (overleg | bijdragen) op 7 feb 2012 om 18:04
(wijz) ← Oudere versie | Huidige versie (wijz) | Nieuwere versie → (wijz)
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Nosema is een Microsporidia. Microsporidia kunnen zich alleen in een levende cel van een dier (van insect tot mens) in leven houden en zich alleen daar voortplanten. Overdracht naar (oftwel besmetting van) andere cellen of organismen vindt plaats via de door de volwassen Microsporidia geproduceerde sporen.

Nosema leeft en plant zich voort in de middendarm van de honingbij.

Er bestaan 2 varianten Nosema, te weten Nosema apis en Nosema ceranae. Deze twee lijken onder de microscoop veel op elkaar, en het heeft dan ook enige tijd geduurd voordat ze (met DNA-technieken) van elkaar werden onderscheiden.

Normaal gesproken weet de middendarm goed met Nosema om te gaan. Alleen bij een infectie met grote aantallen sporen en/of onvoldoende afvoer (zoals gedurende een koude periode waarin de bij zich niet kan ontlasten) kan de Nosema ziekmakend toeslaan.

Maatregelen

Voor het bestrijden van Nosema zijn er geen goede medicinale middelen voorhanden. Voorkomen van besmetting is dan ook het belangrijkste. De sporen verspreiden zich onder meer in stuifmeel en via imkersmaterialen. Aanbevolen wordt om besmette raten te behandelen met ijsazijn en de kasten te behandelen met de verfbrander of met caustic soda. Besmette nectar die wordt teruggegeven moet eerst worden gekookt.