Verschillende kenmerken van bijen-behuizingen
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
The printable version is no longer supported and may have rendering errors. Please update your browser bookmarks and please use the default browser print function instead.
De verschillende bijenbehuizingen verschillen op de de volgende kenmerken:
- het materiaal van de ombouw: stro, buntgras, hout, of isolatiemateriaal;
- zitten de raten vast in de bijenwoning (en kun je ze alleen oogsten door ze uit te breken) of is er sprake van uitneembare ramen (zoals inmiddels meestal toegepast sinds de ontdekking van de bijenruimte door Langstroth)
- in warmbouw of koudbouw;
- hoogtebouw of lengtebouw;
- met of zonder afstandsstrip;
- met gesloten bodem, of met gaasbodem, of de Celler bodem;
- met roterende ronde ramen;
- behandeld met beits, verf, lijnolie of nog iets anders,;
- de plaats van de vliegopening;
- de vliegplank;
- de kleur van de kast.