Klimop
(Hedera helix)
Omschrijving en kenmerken
De klimop is een ook 's winters groenblijvende stevige groeier. Pas na 6 - 10 jaar, als de klimop inmiddels al een dicht bladerdak heeft, komt de klimop voor het eerst in bloei. Deze bloei vind in het najaar plaats op afstaande zijtakken in de zon. Late insecten kunnen er dan, als de weersomstandigheden het toelaten, een weldadige dracht vinden.
De bladeren op de genoemde bloeiende afstaande zijtakken hebben een eigen vorm die afwijkt van die van de klimmende takken. Als je van zo'n afstaande bloeiende zijtak een stek maakt dan ontstaat er een struik met alleen die bladvorm. Deze struik zal geen wegklimmende of wegkruipende uitlopers meer krijgen, en is dus een elk najaar bloeiende struik met een vaste plaats zoals andere struiken.
De bloem is proterandrisch: gedurende de periode dat (eerst) de helmknoppen een geelbruin stuifmeel afscheiden is de stempel nog niet rijp. Voordat de stempel wel rijp en ontvankelijk is, verschrompelen de helmknoppen en vallen de meeldraden af. Zelfbestuiving is er dus niet bij en de plant is op kruisbestuiving aangewezen. Na die kruisbestuiving ontstaat er per bloemetje een blauwzwarte bes die pas na de winter rijp is.
- Bloeiperiode: augustus - november
- Grootte: Afhankelijk van de geboden ondersteuning tot een hoogte van 30 meter, maar zonder ondersteuning ook slechts over de bodem.
- bevlieging door honingbijen: (np)5
De klimop wordt door onze honingbij ook bevlogen op harsachtige stoffen als grondstof voor propolis.
Pollen informatie
- Kleur: oker (dofgeel)
Filmpje
De klimop wordt meestal tegelijkertijd door verschillende insecten bevlogen. Op een zonnige dag zie je vaak tegelijkertijd onze honingbij, wespen, de zogeheten blinde bij en vlinders er op fourageren.