Los van het voer

Uit Imkerpedia
Naar navigatie springen Naar zoeken springen
Gestorven met de kop in de raat.
Hongerdood op enkele centimeters van het voer.

Bij strenge koude kunnen individuele bijen de wintertros niet verlaten. Ook voer op slechts enkele centimeters afstand is dan al niet meer bereikbaar.

Een volk kan in de winter om verschillende redenen los van het voer komen:

  • De wintertros verplaatst zich langzaam naar één hoek met voer en verliest daarbij het contact met het andere voer. Een volk kan dan dus verhongeren als het voer in die éne hoek op is terwijl er elders in de kast nog wel voer is. Je treft dan dode bijen aan met de kop in de raat. Bij ingewinterde volken die sterk (groot) genoeg zijn komt dit probleem zelden voor.
  • Het bijenvolk heeft al vroeg in de winter (bij relatief zachte omstandigheden) een broednest aangezet. Als er dan later toch nog weer een hevige koudeperiode invalt, dan wordt de wintertros (gecentreerd om het broed) weer kompakter. In zo'n geval kan het gebeuren dat het broednest te ver van de voedselvoorraad af zit. Het volk moet dan tijdig de keus maken om het broed in de steek te laten. Het kan dan ook gebeuren dat het volk zich splitst. Als de kou dan te lang duurt zal het gedeelte bij het broed sterven en, als daar de moer bij zit, later ook de rest van het volk.

Dat de bijen in de winter 'los van het voer' komen valt te voorkomen door een bijenkastgrootte die pas bij de omvang van het bijenvolk, of anders gepaste inzet van vulblokken bij het inwinteren. Dit voorkomt overigens ook beschimmelde ramen.